Hierbij wordt het zicht beperkt of volledig ontnomen in donkere omgevingen. Dat terwijl de persoon bij licht perfect kan zien. Het netvlies maakt gebruik van twee soorten lichtgevoelige cellen: staafjes en kegeltjes. Bij licht worden de kegeltjes gebruikt, in het donker de staafjes. Kegeltjes zorgen voor een scherp zicht en de onderscheiding van kleuren. Staafjes onderscheiden geen kleuren, waardoor je in het donker dus alles grijs ziet. Wanneer de staafjes niet voldoende werken, is er sprake van nachtblindheid.
Bij een erfelijke variant is geen behandeling mogelijk. In andere gevallen kunnen een aangepaste bril, nieuwe lens, medicatie of voedingssupplementen hulp bieden. De oorzaak zal bepalen welke oplossingen mogelijk zijn.
Nachtblindheid komt altijd aan beide ogen voor.